Airprox, Airbus Helicopters EC175 B, PH-OSF en General Dynamics F-16AM, J-513, Noordzee
Dit voorval betrof een situatie waarbij helikopterverkeer onder instrumentvliegvoorschriften en militair vliegverkeer met hoge snelheid onder zichtvliegvoorschriften in een luchtruim van klasse E, waar alleen het IFR-verkeer van elkaar wordt gescheiden, in elkaars nabijheid kwamen. De F-16 piloot was niet op de hoogte van de positie van de helikopter en daarnaast was de F-16 niet uitgerust met een signaleringssysteem ter voorkoming van botsingen.
Deze samenloop bracht een onaanvaardbaar risico van een botsing in de lucht met zich mee. De Onderzoeksraad wijst erop dat de omstandigheden van dit voorval samen met de bevindingen in de eerdere onderzoeken laten zien dat de noodzaak snel vliegend militair verkeer onder zichtvliegomstandigheden in ongecontroleerd luchtruim te separeren van ander luchtverkeer nog steeds bestaat. De in eerdere onderzoeken geconstateerde problematiek is niet opgelost.
Dit ernstig incident wordt uitgebreid beschreven in de kwartaalrapportage luchtvaart over het 4e kwartaal van 2020.
